
Spreekwoorden: (1914)
In (of naar) geen zeven (of twee) slooten tegelijk loopend.w.z. niet onvoorzichtig zijn, goed uitkijken, niet van gisteren zijn. Vgl. Snorp. 29: Daerom vreest men Man oock voor een ongelock; maer, datjet weet, ick en sel in gien twie slooten gelijck loopen; Tuinman I, 271: Hij zal in geen twee sloot...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
In (of naar) geen zeven (of twee) slooten tegelijk loopend.w.z. niet onvoorzichtig zijn, goed uitkijken, niet van gisteren zijn. Vgl. Snorp. 29: Daerom vreest men Man oock voor een ongelock; maer, datjet weet, ick en sel in gien twie slooten gelijck loopen; Tuinman I, 271: Hij zal in geen twee sloot...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.